Schaamte in een van de gelukkigste landen ter wereld

Terwijl Australië in brand staat en de spanningen in het Midden-Oosten oplopen, zijn de feestdagen voorbij en begint in Nederland het gewone leven weer. Tijdens nieuwjaarsborrels worden goede voornemens uitgewisseld, waarvan de meeste geen stand zullen houden. Uit onderzoek blijkt namelijk dat mensen na 12 dagen afhaken. Eigenlijk niet echt gek, want waarom je gedrag veranderen als je al in een van de gelukkigste landen ter wereld woont?

Ondanks dat velen op korte termijn hun goede voornemens niet zullen volhouden, zien we ook een opvallende trend, waarbij een grote groep mensen de wens heeft hun leven een andere betekenis te geven. En daar echt werk van maakt. Ze willen meer genieten, vaker mediteren, minder hard werken, minder stress, kleiner wonen en meer reizen, regelmatig wandelen in de natuur, minder spullen bezitten en kopen en minder vlees eten. Je kunt deze wensen terug herleiden tot twee belangrijke onderwerpen: de keuze voor welzijn boven welvaart en kwaliteit boven kwantiteit. Zij vinden daarbij aansluiting bij een groeiende groep duurzame bedrijven, die op hun behoeftes inspelen met klimaatneutrale huizenelektronica waarbij je onderdelen kunt vervangen, abonnementen om kleding te lenen of te huren, apps die je helpen om te beginnen met mediteren, of plantaardig te eten. We kunnen best concluderen dat het groeiende bewustzijn over duurzaamheid toeneemt en langzaamaan mainstream wordt, voor consumenten en bedrijven. En dat geeft hoop.

En terwijl ik vol positieve energie het nieuwe jaar inging, las ik dat hét woord van 2019 – schaamte was. Je kunt het woord -schaamte toevoegen aan allerlei milieubelastende keuzes. Denk aan vliegschaamte, koopschaamte, of houtkachelschaamte. Ik schrok, want schaamte is een uitingsvorm van angst om de ander teleur te stellen en heeft een negatief effect op de intrinsieke wens om verantwoordelijkheid te nemen voor positieve verandering. En op alle onzekerheden die daarbij komen kijken, want schaamte verkrampt. Dat ervoer ik zelf niet veel later.

Ik had besloten om de maand januari plantaardig te eten, maar ik zou wel flexibel blijven. Bij vrienden of familie zou ik eten wat de pot schaft. Nog geen twee dagen later stond er een halve koe voor me op tafel. Mijn zoon van 11 nam het woord en legde uit waarom hij dat beest niet ging eten. Ik hoorde mezelf praten: het was zielig, slecht voor het milieu en ook helemaal niet nodig. Daarop vervolgde hij: “mijn moeder eet deze maand alleen maar planten. En mijn vader doet ook mee.” Terwijl ik vertwijfeld een hap vlees nam, voelde ik een mengeling van trots op de principes van mijn zoon en schaamte dat ik toch vlees at, maar ook schaamte naar onze gastheer, die drie uur in de keuken had gestaan. Ik dacht nog lang na over het ongemakkelijke voorval. Door het gevoel van schaamte, het stemmetje dat precies vertelt hoe je je leven moet leiden, voelde ik me ondanks mijn eigen bewuste keuze om flexibel plantaardig te eten, toch schuldig. En dat werkt averechts. Daarom stel ik voor dat we het woord -schaamte achterlaten in 2019 en in 2020 onze energie steken in het aanmoedigen van elkaars persoonlijke, duurzame, keuzes.

*****
Asceline Groot is ondernemer bij hetkanWEL, schrijfster van ‘Het Nieuwe Groen’ en PhD kandidaat aan de Radboud Universiteit Nijmegen. In haar columns schrijft zij over (start-up) sociale ondernemingen en trends en ontwikkelingen op het gebied van duurzaamheid.